De ene recensent vindt een bepaalde plaat ge-wel-dig, terwijl de andere er hooguit de poot van zijn wiebelende tafel mee wil ondersteunen. Daarom riep Musicmaker de Schijf Van Vijf in het leven: een vakrecensent en iemand 'uit het veld' geven onafhankelijk hun mening over vijf nieuwe albums. Deze maand bespreken Leon van Wijk, muziekredacteur bij Studenten.net en redacteur bij Medium, een magazine over communicatiewetenschap en Wouter de Boer, eindredacteur bij KindaMuzik, schrijver van concertaankondigingen voor het Groningse poppodium Vera en concertprogrammeur de nieuwe releases van De Dijk, Nobody Beats The Drum, The Devil's Blood, The Hype en Spinvis. (Bron: Musicmaker)
Musicmaker ligt nu in de winkel; de PDF-bestanden van de rubriek kunnen hier worden bekeken:
Pagina 1 en Pagina 2.
Recensies
Nobody Beats The Drum – Currents
Het lijkt alsof er een einde is gekomen aan het Britste monopolie op het maken van goede elektro; het Nederlandse Nobody Beats The Drum doet niet onder voor de huidige Britse elektronicageneratie en is misschien zelfs origineler. Hoewel het makkelijk zou zijn om de Engelse werkwijze te kopiëren en op zeker te spelen, is van de overgeproduceerdheid die Britse elektro vaak kenmerkt, op dit album zeker geen sprake. De ruwe randjes zijn op Currents niet weg gepolijst, wat resulteert in een alles behalve voorspelbare plaat. Hoewel alle tracks even dansbaar zijn en rauw in het gehoor liggen, eindigen sommige van de nummers lang niet zo sterk als ze beginnen doordat de aanvankelijk geïntroduceerde melodieën niet overal even sterk worden uitgebouwd. Dat wordt echter goedgemaakt door het treffende oor voor detail dat, geuit in de vorm van verrassende geluidseffecten, dit album zo prettig gestoord laat klinken. Niet zo commercieel, maar voor zowel Nederlandse als internationale begrippen een hele fijne plaat.
De Dijk – Scherp De Zeis
Opgericht in 1981 is De Dijk een oude rot in het Nederlandstalige vak. Na een samenwerking met Solomon Burke (een project dat de band door Burke’s plotselinge overlijden niet in de koude kleren is gaan zitten) is het nu tijd voor het negentiende studioalbum. Op Scherp De Zeis, een cultureel statement dat volgens frontman Huub van der Lubbe verwijst naar de steeds harde wordende samenleving, klinkt de band volgens het persbericht ‘op haar best’ en ‘soulvoller en intenser dan ooit’. Hoewel de spijker hier en daar inderdaad treffend op zijn kop wordt geslagen door de interessante paradoxen en beeldspraken die het melancholische aan dit album nog wat extra kracht mee geven, overtuigt de plaat niet overal. De alom verafgode Van der Lubbe draagt de chansons met karakter, maar de teksten verdienen over het algemeen geen diepzinnigheidsprijs en de instrumentalen zijn slechts in enkele nummers van een kwaliteit die van De Dijk verwacht mag worden. Vernieuwend is de plaat niet, maar De Dijk blijft daarmee wel trouw aan zijn roots. Wie van een band van formaat ook een album van formaat verwachtte, wordt licht teleurgesteld, maar de fans zullen er niet minder hard om meezingen.
Spinvis – tot ziens, Justine Keller
Wie denkt dat poëzie en muziek twee onverenigbare takken van kunst zijn, moet na het beluisteren van deze plaat zijn ongelijk toegeven. Hoewel Spinvis nauwelijks daadwerkelijk rijmt, legt hij wel een treffend woordgebruik aan de dag dat dit album tot de verbeelding doet spreken. Op klein gehouden muziek met subtiele elektronische elementen is de ene zinsnede oppervlakkig, herkenbaar en gedetailleerd specifiek, terwijl de volgende zinsnede door vileine beeldspraak toch weer diepgaand en universeel is. De soms ietwat dubbelzinnige, van intelligentie getuigende passages gaan met name opvallen na meerdere luisterbeurten. Hoewel de verhalende praatzang van Erik de Jong lang niet briljant is, past die prima bij het genre: schijnbaar ongecompliceerd, maar wel degelijk vrij moeilijk om overtuigend uit te voeren. Spinvis kleurt op deze plaat voortdurend netjes binnen de lijnen en een volgend album zou nog interessanter zijn als er vocaal of muzikaal eens grenzen worden overschreden; iets meer kracht of bombast is namelijk wel welkom. Voor liefhebbers een vermakelijke plaat.
The Devil’s Blood – The Thousandfold Epicentre
Voor liefhebbers van het occulte is er eigenlijk maar één medium dat de emoties echt kan dragen en uitdrukken: de muziek. Het fijne aan The Devil's Blood is dat er in hun weliswaar zeker niet licht verteerbare nummers nog wel echt gezóngen wordt en het grote geluid dat daardoor wordt gecreëerd doet makkelijk vergeten dat we hier met een Nederlandse formatie te maken hebben. Een verrassing of enorme verbetering is het album vergeleken met hun eerdere werk niet, maar aangezien dat in dit geval betekent dat het de band wederom is gelukt om een authentiek vet, maar vooral tijdloos album af te leveren dat alleen een tikje melancholischer is dan zijn voorganger, is dat helemaal niet zo erg. Hoewel de stem van The Mouth of Satan vrijwel alle toonhoogtes makkelijk aankan, kennen we aan het einde van de plaat alle kunstjes wel en begint haar jankende stemgeluid op zijn minst te vervelen. De gierende gitaren en de (helaas net iets te) zorgvuldig gedoseerde strijkers vervelen daarentegen allerminst. Een redelijk toegankelijk visitekaartje voor het genre, ondertekend met bloed, dat wel.
The Hype – Have You Heard The Hype?
De Haarlemse band The Hype doet wat te weinig zichzelf respecterende bands en artiesten vandaag de dag doen: ze zijn eerlijk over het feit dat ze van muziek houden en dat uiten door schaamteloos luchtige pop te maken die vooral goed mee te zingen moet zijn. De popmuziek hoeft helemaal niet als mainstream te worden afgedaan, maar is een genre dat net zo moeilijk is te beoefenen als alle andere en net zo goed kan raken. Op de manier waarop de heren van The Hype het doen is het echter allemaal niet zo moeilijk: de liedjes zijn inderdaad tot meezingen uitnodigend, maar de vrolijke, steeds op dezelfde manier opgebouwde niemendalletjes missen diepgang en eigenheid. Het is daarentegen respectabel dat vrijwel alle nummers enorm catchy zijn, maar zo veel refrein is wel de weg van de minste weerstand. De voor jongvolwassenen herkenbare teksten worden goed gezongen door Yorick van Norden, jammer is wel het enorme gebrek aan ballads op de plaat; de twee die erop staan maken duidelijk hoe goed ze daarin uit de verf komen. The Hype moet nog groeien en een eigen geluid ontwikkelen, maar uit dit alleraardigste debuut wordt één ding duidelijk: de potentie is er.
Over Musicmaker
Musicmaker is al meer dan dertig jaar hét allround vakblad voor muzikanten, bands en aanverwanten. Voor een blad over zoiets dynamisch als popmuziek is dat behoorlijk bijzonder. En Musicmaker ís behoorlijk bijzonder.
Wij richten ons niet op één instrument of muziekstijl want wij denken dat jij als muzikant graag verder kijkt dan je neus lang is. Dus lees je over je eigen instrument, maar ook over andere, volg je wat je favoriete bands doen, maar wil je ook weten hoe mindere artiesten het aanpakken. En ben je benieuwd naar de zakelijke kant van popmuziek, achtergrondverhalen en ongezouten meningen. Want laten we eerlijk wezen: uiteindelijk worden we allemaal gedreven door dezelfde passie voor muziek.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten